Fichte en Kierkegaard – De invloed van Fichtes theorie van het zelfbewustzijn op Kierkegaards notie van het zelf

Wie is de ‘ik’ in ‘ik denk’? Wat is het zelf in het zelfbewustzijn? Fichte wees op de noodzakelijke cirkelredenering in de reflectietheorie. Kierkegaard is hierin door Fichte beïnvloed, stelt Suzan ten Heuw.

 

In de ontwikkeling van theorievorming over het zelfbewustzijn kunnen we volgens de Duitse idealistische filosoof Dieter Henrich (*1927) twee tijdvakken onderscheiden, de zestiende tot en met de achttiende eeuw, en de negentiende eeuw tot en met heden. Fichtes positie met betrekking tot het denken over het zelfbewustzijn is aan het begin van het tweede tijdvak te plaatsen. Van Descartes tot en met Jean-Jacques Rousseau, die we kunnen rekenen tot het eerste tijdvak, wordt het zelfbewustzijn opgevat als een principe van het weten.[i]

Deze opvatting is de reden waarom het zelfbewustzijn zelf geen object van onderzoek was, maar altijd in relatie tot andere begrippen werd bestudeerd, waarvoor het zelfbewustzijn als grondbeginsel diende. De theorieën over het zelfbewustzijn in het eerste tijdvak kunnen we samenvatten onder de noemer ‘reflectietheorie’ van het zelf. De reflectietheorie heeft als hoofdkenmerk dat zij een denkend subject als uitgangspunt neemt, aan de hand waarvan zij dit subject, dat zich in een voortdurende relatie tot zichzelf verhoudt, verklaart.

Fichte heeft de richting van de theorievorming over het zelfbewustzijn veranderd. Door de vragen die Fichte aan vertegenwoordigers van de reflectietheorie stelde, heeft hij namelijk de ontwikkeling van theorievorming over het zelfbewustzijn geïnitieerd en opgedeeld in de genoemde twee tijdvakken. Vóór Fichte was het probleem wat er door middel van het zelf gerechtvaardigd kon worden, vanáf Fichte is de structuur van het zelf zélf het probleem. Volgens Fichte kunnen we enkel van een zelf spreken wanneer een subject weet heeft van zichzelf, waar het ‘ik’ zichzelf als ‘ik’ beoogt. Om de cirkelredenering van reflectietheorieën te voorkomen, die ontstaat door binnen het zelfbewustzijn een subject te onderscheiden van een zelf dat zichzelf tot een denkend object maakt, waardoor het zelf om zichzelf heen beweegt, moet men volgens Fichte in het ontwikkelen van een zelfbewustzijnstheorie

Verder lezen?
De verdere inhoud van dit artikel of deze pagina is voorbehouden aan onze abonnees (u kunt hier inloggen).
Bent u nog geen abonnee, vraagt u dan een proefnummer aan, of registreert u zich direct online voor een abonnement.