Een proefschrift over de christelijke dichter en literair criticus Ad den Besten (1923-2015). Ad den Besten groeide op in een hervormd gezin in Utrecht. Toen zijn ouders scheidden, moest zijn vader zijn functie als bestuurslid van het Christelijk Gymnasium in Utrecht opgeven. Hij zegde zijn lidmaatschap van de CHU op en werd lid van de NSB. Dat bepaalde de koers van vader en zoon. Ze werden beide pro-Duits gezind en Ad werd gegrepen door nationalistische gedichten van Duitsland en de verheerlijking van natie, bloed en bodem, een mystieke verering van de natuur. Ad werd geen aanhanger van de rassenideologie, noch stond hij onkritisch tegenover Hitler en de nationaalsocialisten. Maar hij tekende wel vrijwillig de loyaliteitsverklaring voor Nederlandse studenten.
Uitvoerig beschrijft Tjerk de Reus hoe Den Besten in Berlijn druk bezig was om boeken te verzamelen en gedichten te lezen. Verbazingwekkend als we beseffen hoe juist in die tijd het nazisme steeds meer zijn ware gelaat liet zien. Den Besten vond de kritiek van Karl Barth op nazi-Duitsland afschuwelijk en bleef pro-Duits en anti-Engels. Dat laatste kwam mede door de afschuwelijke bombardementen op Berlijn waar woonwijken eraan gingen en fabrieken soms overeind bleven.
Toen Den Besten tijdens de oorlog terugkwam in Nederland bleef hij zijn pro-Duitse opvattingen vasthouden en bekeerde zich pas na de oorlog radicaal van zijn standpunt, zo ontdekte De Reus. Die bekering kwam door figuren als Miskotte en Buskes die zich achter Barth stelden. Er ging toen een hele wereld voor hem open. Verbazingwekkend. Het schiet door je heen: heeft hij dat tijdens de oorlog niet kunnen weten? Den Besten timmerde vooral aan de weg door zijn uitgave van de Vijftigers, een groep vernieuwingsgezinde dichters.
Het leven van Den Besten heeft iets tragisch. Hoe kon hij zo blind zijn voor het nazisme, zo vraag je af. Hij is er volgens de promovendus altijd onduidelijk over geweest, heeft het wat gerelativeerd, maar dat blijkt niet uit zijn brieven. Hij heeft zich er vermoedelijk voor geschaamd. Het is niet allemaal verkwikkend wat we over en van hem lezen. Ongetwijfeld moet het tweede deel van De Reus veel inspirerender zijn (áls dat er komt), namelijk wanneer Den Besten als Liedboek- en psalmendichter uit de bus komt. Hij werkt dan samen met Willem Barnard, Jan Willem Schulte Nordholt, Jan Wit en Muus Jacobse. Bekend is hij ook van de Literaire Kroniek van de poëzie in Wending, een maandblad voor Evangelie en cultuur, waar hij redacteur van is. In de jaren tachtig en negentig is hij betrokken bij de samenstelling van het Verzameld werk van Miskotte. Hopelijk zullen we nog meer over hem lezen. Het beste van Den Besten moet nog komen!
n.a.v. Tjerk de Reus, Ad den Besten. Deelbiografie 1923-1955, Middelburg, 2018