In al de jaren dat hij aan zijn proefschrift werkte, had Simon Polinder nooit moeite om op feestjes uit te leggen waarom hij onderzoek deed naar de rol van religie in de internationale politiek. Dat kwam, helaas, omdat iedereen na de hartverscheurende aanslagen op de Twin Towers in de Verenigde Staten wel in de gaten had dat religie een rol speelde in de internationale politiek. Sinds kort komt daar bij dat de inval van Rusland in Oekraïne de rol van de Russisch-Orthodoxe Kerk in Rusland zichtbaar heeft gemaakt. In dit artikel schetst hij zijn bevindingen en wat we daarvan kunnen leren voor het conflict tussen Rusland en Oekraïne.
De vraag naar de rol van religie werd lange tijd niet gesteld in het vakgebied van de internationale betrekkingen. Vanwaar dan opeens die aandacht voor religie? Dat heeft te maken met het feit dat er iets in de wereld veranderde. Voormalig Minister van Buitenlandse Zaken Madeleine Albright beschrijft het als volgt:
Net als vele anderen die zich beroepshalve bezighouden met buitenlandse politiek, heb ik de lens waardoor ik de wereld bekijk moeten bijstellen (…) De jaren negentig van de twintigste eeuw waren jaren geweest van globalisering en spectaculaire technologische vooruitgang (..). Maar er was tegelijkertijd ook een andere kracht actief. Praktisch overal is er sprake van welig tierende religieuze bewegingen.[i]
Behalve dat er iets in de wereld veranderde, werden ook wetenschappers nieuwsgierig naar de rol van religie. Deze groep wetenschappers heb ik in mijn proefschrift religionisten genoemd. Zij begonnen al snel te spreken over een ‘heropleving van religie’ en droegen daar zelf aan bij door er aandacht aan te besteden. Opeens zag iedereen dat religie alomtegenwoordig was. Deze zogenoemde religionisten hebben als gedeelde opvatting dat het vakgebied van de internationale betrekkingen de rol van religie in de wereld serieus moet nemen. Religie wordt echter vaak genegeerd, bijvoorbeeld omdat men er in de wetenschap vanuit gaat dat religie toch wel gaat verdwijnen of omdat er in het vakgebied alleen maar naar het handelen van en de interactie tussen staten wordt gekeken. Maar religie is niet verdwenen en voor het onderzoeken van de rol van religie moet je niet alleen kijken wat er op statelijk niveau gebeurt, maar ook naar organisaties en mensen die zich over grenzen heen organiseren, zoals kerken en niet-gouvernementele organisaties.
Deze aanval met alle bijkomende verwijten gericht aan het vakgebied van de internationale betrekkingen is fors. Daarom besloot ik uit te zoeken of de religionisten eigenlijk wel gelijk hebben. Dat deed ik door de theoretici die zij het meest bekritiseren te onderzoeken. Dit betreft de klassieke realist Hans Morgenthau (1904-1980) en de neorealist Kenneth Waltz (1924-2013). In mijn proefschrift zet ik eerst hun theorieën uiteen. Vervolgens ga ik stap voor stap na of de verwijten aan hun adres hout snijden.
Politiek realisten onder het vergrootglas
In het geval van Hans Morgenthau en Kenneth Waltz blijken heel veel van de verwijten niet te kloppen of maar ten dele. Ja, het is waar dat zij religie geen prominente plek geven in hun theorie, maar dat is niet omdat ze geloven dat religie vanzelf wel zal verdwijnen of dat je alleen maar naar staten moet kijken. Bovendien hebben ze interessante redenen om terughoudend te zijn met het betrekken van religie: een politiek-theologische en een theoretische.
De politieke theologie van Morgenthau en Waltz is gestempeld door een bepaalde visie op de mens, de geschiedenis en de ethiek die op Augustinus teruggaat. Morgenthau en Waltz zijn hierdoor beïnvloed via de theoloog Reinhold Niebuhr (1892-1971). Dat zorgt ervoor dat ze ook op een bepaalde manier naar religie en politiek kijken. In hun ogen moet er namelijk ruimte blijven voor de eigenheid van het politieke domein. Politiek kan niet worden gereduceerd tot wetenschap, economie, moraal, ethiek of religie, hoewel ze wel een rol spelen. Politiek gaat over de botsing van machtsbelangen.
De politiek-realisten zien en erkennen de rol van religie, maar vragen zich af of religie als een van de vele factoren, naast economie, recht, technologie wel zo’n belangrijke factor is dat het in een theorie moet worden opgenomen. Zij stellen dat een theorie formuleren ook betekent dat je moet selecteren wat je wel of niet bestudeert. En een wetenschappelijke theorie kan ook niet zoveel. Wetenschap is beperkt. Ik kwam de politieke theologie op het spoor omdat ik in mijn analyse ook heb gekeken naar de eventuele invloed van levens- of wereldbeschouwelijke opvattingen.
U leest dit artikel gratis. Geïnteresseerd geraakt?
Neem nu een jaarabonnement op Sophie en ontvang gratis het boek De zeven levens van Abraham Kuyper van Johan Snel!
Het is ook mogelijk om gratis een proefnummer aan te vragen (u ontvangt dan het eerstvolgende nummer).
Wereldbeschouwing
Wat is een levens- of wereldbeschouwing? Daar is veel over geschreven, maar een mooie omschrijving vond ik in het boek Graaf in Moskou:
“Het is een feit dat ieder mens uiteindelijk een levensbeschouwing moet kiezen. (…) Of het nu een weloverwogen beraad is, voortkomend uit boeken en bevlogen discussies met koffie om twee uur ’s morgens, of eenvoudigweg uit een natuurlijke aandrang, ten slotte moeten wij allen van een basaal kader uitgaan, een redelijk samenhangend systeem van oorzaak en gevolg dat ons niet slechts gewichtige zaken helpt begrijpen, maar ook al die kleine acties en interacties die ons dagelijks leven vormen – of ze nu doordacht of spontaan, onvermijdelijk of onvoorzien.”[ii]
Het wereldbeschouwelijke niveau behoort officieel niet tot een wetenschappelijke theorie, maar gaat daar aan vooraf. Het is het niveau waarop alle mensen beslissen en keuzes maken over dat wat uiteindelijk hun anker, hun ultieme commitment is. Alle mensen – ook wetenschappers, politici en beleidsmakers – hebben, bewust of onbewust, een bepaalde manier waarop ze naar de wereld kijken en dat werkt door in de manier waarop ze denken en doen. Een wereldbeschouwing, ook een religieuze, is niet hetzelfde als religie, hoewel een religie wel een wereldbeschouwing veronderstelt.
Door dit niveau erbij te betrekken, werd ik mij bewust van bepaalde theologische vooronderstellingen in het denken van Morgenthau en Waltz ten aanzien van ethiek, de menselijke natuur en de geschiedenis. Daarnaast werd mij duidelijk dat de religionisten niet bepaald neutraal zijn als het gaat om de rol van religie. In hun taalgebruik en wijze van argumenteren sijpelt regelmatig iets vooringenomens door. Ze lijken gemiddeld genomen wel enthousiast over de terugkeer van religie. De politiek-realisten daarentegen lijken allergisch voor elke betrekking van religie op politiek.
Zoals ik bij de religionisten en politiek realisten het wereldbeschouwelijke niveau erbij betrok, zo heb ik dat ook gedaan in mijn analyse van de internationale politiek. Dat levert een scherpere lens op om religie in de internationale politiek te begrijpen.
Internationale betrekkingen als praktijk
Als we de internationale betrekkingen zien als een professionele praktijk, speelt de wereldbeschouwing van alle deelnemers daarin een rol. Politici, diplomaten, staatshoofden, beleidsmakers, lobbyisten: ze hebben allemaal een wereldbeschouwing van waaruit ze handelen. Die wereldbeschouwingen kunnen ook religieus van aard zijn. Daarnaast zijn er de stakeholders of actoren die vanuit een religieuze overtuiging werken. Religie wordt daarmee zichtbaar op twee manieren:
- Bij de deelnemers aan de praktijk van de internationale betrekkingen. Staatsleiders, diplomaten, beleidsmedewerkers, beleidsbeïnvloeders en activisten dragen er uiteindelijk allemaal aan bij hoe de praktijk zich ontwikkelt en dat gebeurt onder invloed van hun wereldbeschouwing.
- Als beïnvloedende factor in de praktijk van de internationale betrekkingen, vooral op transnationaal niveau. Dat kan zijn door middel van religieuze organisaties zoals kerken moskeeën en synagogen, maar ook door middel van religieus geïnspireerde organisaties die opkomen voor vluchtelingen, ontwikkelingssamenwerking of Hun rol moet echter niet overschat worden, omdat ze vaak afhankelijk zijn van staten die hun belangen verdedigen en daarvoor macht gebruiken.
Hoe zwaar weegt dan de rol van religie? Mijn conclusie is uiteindelijk dat de rol van religie conditionerend is in de internationale politiek. Internationale politiek wordt gekenmerkt door de spanning tussen macht en rechtvaardigheid. Religie oefent invloed uit op de manier waarop er met die spanning wordt omgegaan. Die invloed is echter niet bepalend, maar conditionerend, faciliterend of ondersteunend. Met een beeld uit het gewone leven: religie is te zien als de wind. We weten niet waar het vandaan komt, waar het heengaat. We hebben geen grip op de kracht ervan, maar het is er en we hebben ons er toe te verhouden. Het is aan de deelnemers van de internationale betrekkingen hoe zij omgaan met deze wind, de zeilen bijzetten, en de koers bepalen.
Handreikingen voor professionals
Op basis van mijn analyse kom ik tot de volgende handreikingen voor de professionals die werkzaam zijn in de internationale betrekkingen.
- Ga uit van de ambivalentie van religie. Net zoals de wind je boot de verkeerde kant op kan sturen, zo ook religie. Niet alle religie is goed.
- Onderscheid tussen religie en politiek, maar scheidt ze niet. Het zijn verschillende domeinen: ze zijn relatief autonoom en tegelijkertijd op veel manieren met elkaar verbonden.
- Ontwikkel religieuze geletterdheid zodat je de ander kunt begrijpen en zo nodig zijn of haar religieuze of theologische taal kunt spreken.
- Weeg de relevantie van religie in iedere context en situatie. Soms is teveel focus op de wind niet verstandig. Je kunt ook de zeilen bijstellen.
- Wees je bewust van je eigen wereldbeschouwing. Door welke wind laat jij je in beweging brengen en hoe beïnvloedt dat je professionele werk als diplomaat, politicus, staatsman of beleidsmedewerker.
- Oefen je in onderscheidingsvermogen om in alle complexiteit en gelaagdheid scherp te zien wat er speelt, zodat je met wijsheid kunt handelen.
Conclusies met betrekking Rusland-Oekraïne conflict
Vanuit de opgedane kennis over de rol van religie in de internationale betrekkingen is het mogelijk een aantal lijnen te trekken naar de actualiteit van het conflict tussen Rusland en Oekraïne.
- De heropleving van religie is zichtbaar in het conflict tussen Rusland en Oekraïne. De rol van de Russisch-Orthodoxe Kerk en de bewoordingen van patriarch Kirill kunnen worden gezien als een onderdeel van de heropleving van religie zoals de religionisten die beschrijven. Veel religies hebben zich in reactie op de wereldwijde verspreiding van de moderniteit gemobiliseerd en zich steeds meer publiekelijk gemanifesteerd. In tegenstelling tot de verwachting dat religie als gevolg van de moderniteit wel zou verdwijnen, zien we dus dat religies zich mobiliseren en verzetten en soms een ‘alternatief thuis’ bieden voor hun aanhangers. Ze verzetten zich tegen de liberale opvattingen die met de moderniteit meekomen en hen worden opgedrongen, zoals het homohuwelijk, gelijke rechten voor vrouwen en mannen en het recht op abortus.
- Religie is ambivalent, het heeft een januskop. Het kan een negatieve rol spelen door een oorlog te rechtvaardigen zoals Patriarch Kirill doet, maar het kan ook een positieve rol spelen. Denk bijvoorbeeld aan de rol die kerken spelen in de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne.
- Adresseer de rol die religieuze actoren spelen en betrek hen zo mogelijk. Religieuze actoren hebben toegang tot bijvoorbeeld patriarch Kirill op een manier die politici niet hebben.[iii] Dit heeft deels te maken met het feit dat deze betrekkingen vaak transnationaal zijn en eigenstandig opereren ten opzichte van staten. Tegelijkertijd is vanuit de scheiding van kerk en staat voorzichtigheid geboden als het gaat om betrekken van religieuze actoren. Er wordt nu door de Europese Commissie voorgesteld om sancties op te leggen aan patriarch Kirill. Is dit indirect niet een aantasting van de scheiding van kerk en staat? Hongarije voert dat als reden aan om patriarch Kirill geen sancties op te leggen. Toen in 2010 een groep van experts in de Verenigde Staten zich boog over de vraag hoe religieuze actoren betrokken zouden kunnen worden in het buitenlands beleid, raakte de commissie verdeeld over de vraag of dit op gespannen voet stond met de scheiding van kerk en staat.[iv]
- In plaats van het spreken over religie, kan het beter zijn om te spreken over de rol van verschillende levensbeschouwingen. Dat voorkomt dat er vanuit een simpel frame van religieus versus niet-religieus wordt gesproken. Zoals ik hierboven al weergaf, zit in het verzet van de Russisch-Orthodoxe Kerk ook een afkeer van bepaalde moderne culturele invloeden. Het doet de situatie tekort om dat allemaal religie te noemen. Er zitten soms ook culturele of sociologische overwegingen achter. Bovendien doet het gebruik van de term wereldbeschouwing meer recht aan het feit dat Europa en de Verenigde Staten geen neutrale positie innemen. Zij kijken en handelen ook vanuit een bepaalde wereldbeschouwing. Als laatste, wanneer er in het Westen gesproken wordt over religie gaat het vaak over een nogal protestantse of liberale visie op religie. In dat geval wordt religie gezien als een verzameling privé-overtuigingen. In grote delen van de wereld, waaronder Rusland, wordt religie gezien als een manier van leven die niet gescheiden kan worden van politiek.[v]
- Het lijkt mij adequaat om te stellen de Poetin – onder invloed van de Russisch-Orthodoxe Kerk – een quasireligieuze wereldbeschouwing aanhangt. Het lijkt in veel opzichten op een religieuze wereldbeschouwing (er wordt ook wel naar transcendentie verwezen), maar uiteindelijk is het doel immanent: het hier en nu. Als het doel is om de gehele samenleving te veranderen, wordt ook wel gesproken over een politieke religie. Dat betekent dat religie een ideologische functie vervult ten opzichte van Poetins politieke ambities.
- Overschat de rol van religie niet en ga niet te gemakkelijk mee in religieuze apocalyptische frames die tot escalatie kunnen leiden. Het is bekend dat conflicten met een religieuze component hardnekkiger zijn en langer duren. Religie is een conditionerende factor en beïnvloedt de manier waarop Poetin zijn afwegingen maakt. Het Rusland-Oekraïne conflict is echter geen religieus conflict met een politieke component, maar een politiek conflict met een religieuze component. Dat betekent dat we religie dus ook niet te groot moeten maken, of als oorzaak moeten aanvoeren voor mogelijk irrationeel en apocalyptische gedrag van Poetin. Poetin is een staatsman wiens centrale verantwoordelijkheid het is om de belangen van zijn land te dienen. Hij heeft daarin een andere positie dan een terrorist die zijn eigen leven kan opofferen voor een hoger ideaal. Poetin is het hoofd van een staat. Dat betekent dat hij bijvoorbeeld niet zomaar de ethiek van de Bergrede van Jezus kan toepassen. Evenzo is een staatshoofd beperkt om namens zijn land te besluiten het bestaan ervan op het spel te zetten. Klassiek realist Hans Morgenthau zegt dat mooi in zijn boek Politics Among Nations:
The individual may say for himself: ‘Fiat justitia, pereat mundus’ (Let justice be done, even if the world perish), but the state has no right to say so in the name of those who are in its care. Both individual and state must judge political action by universal moral principles, such as that of liberty. Yet while the individual has a moral right to sacrifice himself in defense of such a moral principle, the state has no right to let its moral disapprobation of the infringement of liberty get in the way of successful political action, itself inspired by the moral principle of national survival.[vi]
Conclusie
Sinds de jaren zestig is er wereldwijd een heropleving van religie gaande. Dit wordt deels veroorzaakt doordat religies zich verzetten tegen de globale verspreiding van de moderniteit en een tegengeluid willen laten horen. Hun publieke en politieke presentatie wordt daardoor meer zichtbaar en invloedrijker. Dit verklaart voor een deel de wijze waarop de Russisch-Orthodoxe Kerk zich opstelt in het conflict tussen Rusland en Oekraïne. Het is belangrijk om dit aspect van het conflict recht te doen en waar nodig ook religieuze actoren te betrekken of te adresseren in het oplossen van het conflict. Tegelijkertijd is het adequater om ten aanzien van het conflict en de rol van Poetin te spreken over de invloed van een quasireligieuze levensbeschouwing. Daarmee wordt voorkomen dat het conflict gezien wordt als een religieus conflict. Dat betekent ook dat de vrees dat Poetin dusdanig zal escaleren dat de volledige vernietiging van zijn eigen land een optie wordt, niet moet worden gevoed.
Het conflict tussen Rusland en Oekraïne daagt het Westen ook uit. Vanuit welke levensbeschouwing benaderen wij het conflict? Zijn we ons bewust van de waarden die we uitdragen? In hoeverre staan we daar pal voor en belichamen we die in ons doen en laten op het wereldtoneel? Zijn we ons ervan bewust dat we voor anderen hypocriet kunnen overkomen of dat onze wereldbeschouwing als ondermijnend wordt gezien voor de levenswijzen van anderen?
Simon Polinder is associate lector aan de Christelijke Hogeschool Ede. Van december 2021 tot mei 2022 was hij interim-directeur van Stichting voor Christelijke Filosofie en het Lindeboom Instituut. Vorig jaar promoveerde hij op het proefschrift Towards a new Christian Political Realism? The Amsterdam School of Philosophy and the Role of Religion in International Relations.
Noten
[i] Madeleine Albright, De macht en de almacht. Over Amerika, God en de toestand van de wereld, Ambo 2006, p. 25.
[ii] Amor Towles, Graaf in Moskou, De Arbeiderspers 2016, p. 155.
[iii] Zie bijvoorbeeld de brief de World Council of Churches stuurde aan patriarch Kirill https://www.oikoumene.org/news/wcc-acting-general-secretary-to-patriarch-kirill-of-moscow-raise-up-your-voice-so-that-the-war-can-be-stopped of de duizenden theologen wereldwijd zie zich in een verklaring uitspraken tegen het promoten van de Russkii Mir ideologie door de Russisch-Orthodoxe Kerk https://publicorthodoxy.org/2022/03/13/a-declaration-on-the-russian-world-russkii-mir-teaching/
[iv] Taskforce on religion and the making of U.S. foreign policy, Engaging religious communities abroad. A new imperative for U.S. foreign policy (The Chicago Council on Global Affairs, 2010).
[v] Zie ook Lee Trepanier, ‘Russia’s Invasion Violates Personhood, Not Just War Theory’, Providence (25 mei 2022).
[vi] Hans Morgenthau, Politics Among Nations: The Struggle for Power and Peace, 6th ed. New York etc.: Knopf, 1985, p. 12.