De wereld is niet perfect. We weten het allemaal. Als mensen lopen we dikwijls tegen onze grenzen aan. Toch schemert daarvan maar weinig door in de verhalen die bedrijven, organisaties en politiek leiders ons vertellen. Ze spiegelen ons een werkelijkheid voor waarin we zelf niet hoeven te veranderen of waarin het ongemak van beperkte duur is.
Bestaat er nog wel zoiets als waarheid? Wie de maatschappelijke discussie van de laatste jaren volgt, kan daar gemakkelijk aan gaan twijfelen. Experts worden gewantrouwd en een beroep op feiten lijkt nauwelijks nog te werken. Een boodschap die ons onwelgevallig is, kan gemakkelijk worden weggezet als nepnieuws.
We kunnen gerust spreken van een crisis in de communicatie. Communicatie bestaat immers bij de gratie van wederzijds vertrouwen. Als je twijfelt aan de oprechtheid van de ander of als je vragen hebt bij het waarheidsgehalte van wat de ander zegt, kan er ook geen goed gesprek op gang komen (Williams 2002). Er ontstaat dan een situatie waarin je over elkaar, maar niet met elkaar praat. De gesprekspartners trekken zich terug in hun eigen bubbel, zoals dat tegenwoordig zo mooi heet.
Het is me te gemakkelijk om populisten als Donald Trump of Thierry Baudet de schuld te geven van de ontstane situatie. De crisis waarover ik hierboven schrijf, is al decennialang voorbereid. Er zijn te veel verhalen verteld die onbetrouwbaar zijn, die oppervlakkig geluk beloven. Verhalen waarin onbenoemd blijft dat de wereld niet maakbaar is, dat we als mensen tegen grenzen en beperkingen aanlopen en dikwijls falen.
Het vooruitgangsverhaal
Een verhaal dat veel verteld is, en nog steeds verteld wordt, is het verhaal van de vooruitgang. Als we zaken goed organiseren, en goed gebruikmaken van wetenschap en techniek, kunnen honger, problemen met het klimaat, ziekte en lijden voor een belangrijk deel uit de wereld worden geholpen.
Een voorbeeld van een dergelijk vooruitgangsverhaal is ‘Growing a better world together’ van de Rabobank. In de bijbehorende televisiespot belooft de Rabobank zich in te zetten om het wereldvoedselprobleem op te lossen, door slimme innovaties en door samen te werken met klanten en partners, in zes continenten.
De reclameboodschap zit technisch goed in elkaar, met schitterende beelden. Zij sluit ook aan bij de geschiedenis van de Rabobank, een bank voor en door boeren, die van oudsher al sterk maatschappelijk betrokken is. Toch kon de televisiecommercial niet echt overtuigen. De Rabobank werd door Stichting Reclame Code op de vingers getikt, en werd ook winnaar bij de Liegebeestverkiezingen van Wakker Dier. Als de bank echt werk zou willen maken van het wereldvoedselprobleem, dan zou ze intern heel wat moeten veranderen, en ze zou ook van haar cliënten moeten vragen om ingrijpende aanpassingen te doen in bedrijfsvoering en leefstijl.
Verder lezen?
De verdere inhoud van dit artikel of deze pagina is voorbehouden aan onze abonnees (u kunt hier inloggen).
Bent u nog geen abonnee, vraagt u dan een proefnummer aan, of registreert u zich direct online voor een abonnement.